De methode Een Taal Erbij is uitermate geschikt voor partnerrelatietherapie. Een voorbeeld uit de praktijk.
Partnerrelatietherapie is onderdeel van de eendaagse workshop Emotion Focused Therapy met Een Taal Erbij aan de Diekmann Academie. Deze workshop is gericht op verdieping van expertise, het leren van nieuwe mogelijkheden door demonstratie en het oefenen van praktijksituaties.
De theorie van de methode Een Taal Erbij wordt in een workshop direct vertaald naar de praktijk door de praktische oefeningen en rollenspelen. Het accent ligt op kennisdeling- en overdracht, inspiratie en interactiviteit. Ook leren de deelnemers van elkaar, binnen een veilige setting.
Joost en Anna. Van stel naar gezin, en nu in een crisis. Joost is tweeëndertig jaar, een creatieve flierefluiter met een baan waarmee hij niet helemaal tevreden is. En Anna is een wat bleke, gedecideerde vrouw, ongeveer dertig jaar oud. Ze is verpleegkundige en werkt parttime. Ze oogt wat gesloten en ingehouden.
Er zijn twee dochtertjes, Sterre van twee jaar en Cootje van acht maanden. De therapeute vraagt hen ieder apart naar hun pijn en ongenoegen in de relatie. Maar Joost en Anna gaan nog niet met elkaar in gesprek. Het is de bedoeling dat ze alleen naar elkaar luisteren.
Joost zegt het gevoel te hebben niets goed te kunnen doen. Want Anna kan alles sneller en efficiënter, en ze weet alles. Bij navraag zegt hij dat hij de intimiteit die ze vroeger hadden, mist. En daardoor voelt hij zich eenzaam.
Anna zegt het gevoel te hebben overal alleen voor te staan. Zo krijgt ze het allemaal niet meer voor elkaar en ze denkt dat Joost haar als vrouw niet meer leuk vindt. Maar bij navraag zegt zij het idee te hebben Joost kwijt te raken. Het stel praat eendrachtig over het begin van hun relatie.
Op het moment dat Joost herhaalt dat hij het gevoel heeft niets goed te kunnen doen, neemt de therapeute een mannelijk volwassen poppetje in de hand en zegt: “Dit is een manier om de dingen die spelen zichtbaar te maken. Mag ik laten zien hoe het werkt?” Joost knikt en kijkt geamuseerd toe. Terwijl Anna geen spier vertrekt.
De therapeute zet het poppetje voor Joost neer en vraagt of hij zich kan voorstellen dat hij dat is, of dat hij liever een ander uitzoekt. Joost knikt dat het goed is zo. De therapeute pakt een vrouwelijk volwassen poppetje dat Anna moet voorstellen, zet haar met de rug naar Joost en omringt haar met een baby-en een peuter poppetje, en een vierkant gekleurd vlakje. “Laten we zeggen dat dit Sterre, Cootje en Anna’s werk zijn.”
Vervolgens doet de therapeute de armpjes van Joost vooruit, als in verlangen, en vraagt: “Voelt het ongeveer zo?” En terwijl ze een klein jongetje met gestrekte armpjes voor het grote poppetje zet: “Of meer zo?”. Joost vraagt verbaasd wat ze bedoelt. De therapeute pakt het kleine poppetje en zet het voor twee volwassen poppetjes op een andere plek op tafel.
“Dit ben jij als kind met je ouders. Dit is een uitbeelding van jouw geschiedenis; die neem je gedurende je hele leven mee.”Dan pakt ze een gekleurd vierkant vlakje en legt het midden in de geschiedenis van Joost. “Dit is het gevoel niets goed te kunnen doen. Ken je dat van hieruit?”(ze wijst naar de ‘geschiedenis’). En Joost knikt.
De therapeute zet het kleine poppetje weer voor het grote, samen met het vlakje. Het is stil. Dan zegt Anna: “Maar hij is altijd bezig met zijn eigen dingen en ziet helemaal niet wat er allemaal moet gebeuren. Hij doet nooit wat ik hem vraag.” En ze steekt haar hand uit om de opstelling te veranderen.
“Wacht even,” zegt de therapeute, “we gaan nu jouw gevoel uitbeelden. Zei je niet dat jij je in de steek gelaten voelt en dat je bang bent dat hij je niet meer aantrekkelijk vindt?” terwijl ze een grote en een kleine Anna pakt. En ze zet de kleine op een blokje en laat de grote zitten.
“Dit beeldt uit dat je meer moet dan je kunt en daar word je moedeloos van.”Het volwassen poppetje dat Joost voorstelt, komt afgewend van haar te staan, gericht op een gekleurd vlakje dat de dingen die Joost interesseren symboliseert. “Klopt het zo een beetje?” Anna pakt het Joost-poppetje en zet het veel verder weg. “Zet het maar gerust daar,” zegt ze venijnig. De therapeute pakt een andere kleine Joost en vraagt: “Is het de grote of de kleine Joost die daar staat?”
“Dat weet ik niet, hoor!” zegt Anna. En terwijl ze naar de kleine wijst: “Misschien wel die…” “Dit is wel ingewikkeld allemaal”, zegt Joost. “Maar neem nou gisteren, toen je vond dat ik Cootjes luier verkeerd om aan had gedaan.“‘Het was toch ook verkeerd om?” “Nou ja zeg, dat is toch ook geen ramp voor een keer!”
De therapeute onderbreekt hen: “Gaan jullie kibbelpartijen thuis ongeveer zo?” Ze knikken beiden.
“Even nog hoe Anna het voelt”, zegt de therapeute terwijl zij op de kleine Anna op het blokje wijst. “Heeft ze dat gevoel dat ze van alles moet en dat niet aankan wel vaker gehad in haar leven?” Anna aarzelt en zegt: “Ik zat toen ik zeven was al alleen in de tram naar school.” Ze staart naar het kleintje op het blokje. “Ik ben alleen met mijn moeder opgegroeid en die lag vaak op de bank. Pas later begreep ik dat ze depressief was.”
“Dat zal niet makkelijk zijn geweest voor dat meisje”, zegt de therapeute. Met z’n drieën kijken ze naar het meisje op het blokje. Dan zet de therapeute een gebogen volwassen poppetje voor het meisje en zegt:“Zou dit je moeder kunnen zijn?”Anna kijkt en zegt niets.
Het gesprek zet zich voort over de hoofden van de poppetjes heen. En zo werd duidelijk dat het minder leuk werd toen de kinderen kwamen. En hoe dat kwam. Nu lijkt het of de problemen wat overzichtelijker worden.
Nu is de trend gezet voor een haalbare klus. En in korte tijd is er veel gevoeld, doorbroken en in beweging gezet door samen te puzzelen met Een Taal Erbij.
Als je nu de methode Een Taal Erbij wil leren inzetten bij partnerrelatietherapie? Dan hebben we bij de Systeem Academie verschillende mogelijkheden om je de methode eigen te maken. Bekijk ons cursusaanbod Een Taal Erbij.
Bron: Diekmann, M. (2005). Scheiden en verbinden met ‘een taal erbij’, Systeemtherapie, 17, 2, 68-81.